​Welke Porsche koop je voor 50 duizend euro? 

terug | wolbert in de media

Voortschrijdend inzicht

Een luchtgekoelde Porsche is voor veel liefhebbers van het merk de heilige graal. Maar wat koop je voor 50 duizend euro? Je kunt voor dat geld kiezen voor een 964 of 993, maar steeds vaker blijkt een 996 of 997 toch een aantrekkelijker alternatief, vindt specialist Eric Wolbert.

“Onlangs ging het gerucht dat Porsche met een nieuw basismodel wil komen, onder de 718. Een echte Porsche, zonder alle knopjes en flippers en flappers. Maar vooralsnog is dat niet aan de orde en moet je je richten op een gebruikt exemplaar als je voor 50 duizend euro in een Porsche wilt rijden. Daar begint de moeilijkheid, want wat koop je dan?” 
Als we bij Eric Wolbert op de bank plaatsnemen, vat hij de vraag die we hem al telefonisch hadden gesteld nog maar even samen. Want juist hij, als specialist, zou het antwoord moeten kennen dat de markt op deze vraag geeft. Natuurlijk hebben we erover gedacht om een handvol Porsches naast elkaar te zetten in deze prijsklasse om zo tot een antwoord te komen, maar we waren juist benieuwd hoe échte kopers over deze vraag nadenken en tot welke keus ze komen — en zodoende kwamen we in Achterveld terecht, waar specialist Wolbert al jaren opereert aan de kwalitatieve bovenkant van de markt. 
“Feitelijk kun je alles kopen voor 50 duizend euro,” meldt Wolbert. Voor het gemak laten we echter de Panamera, Cayenne en Macan achterwege. “Dat zijn doorgaans niet de auto’s waar mensen naar zoeken als ze altijd al van een Porsche droomden,” voegt Wolbert eraan toe. “Wij hebben die auto’s ook niet, want we heten Wolbert Sportscars — dan beperken we ons liever tot die sportscars. Daar heb ik verstand van; ik vind dat mensen moeten doen waar ze verstand van hebben.” 
De redenen daarvoor laten zich raden; als een 911 niet direct verkocht wordt, behoudt hij zijn waarde, terwijl de Panamera, Cayenne en Macan doorgaan met afschrijven. Er was zelfs een tijd dat je de vlag uit kon hangen als een 911 een halfjaar bleef staan, maar die tijd is wel voorbij, meldt Wolbert. “Op het hoogtepunt van de hype was je auto ineens tienduizend euro méér waard als ‘ie een halfjaar bleef staan, maar dat ligt al een paar jaar achter ons.” Toch is er nog een andere reden. “Het aanbod van Cayennes begint bij een bedrag waar je net een elektrische fiets voor koopt. Als je er dan een paar duizend euro boven zit omdat je een goed onderhouden exemplaar hebt, dan ben je nergens meer. Die blijft staan en schrijft verder af.”

Meer comfort
Na het korte betoog over Cayennes keert Wolbert terug naar de vraag. Hij loopt naar een handgeschakelde 997 Carrera S uit 2005, een atlasgrijs exemplaar met slechts 40 duizend kilometer op de teller. “Zulke lage kilometerstanden vind je in deze prijsklasse. En als je genoegen neemt met een iets hogere kilometerstand, kun je ook een 4S vinden,” vertelt hij, wijzend naar een zwarte 4S met 62 duizend kilometer op de teller. “Sportonderstel, navigatie, airco, geluid van Bose, hij heeft het allemaal.” 
Steeds vaker verlaten klanten het pand met dergelijke auto’s. “Ik doe dit nu twintig jaar,” vertelt Wolbert. “Ik merk echt dat er een behoorlijke verschuiving gaande is. Vijf tot tien jaar terug was het alleen maar luchtgekoeld, maar dat merk je natuurlijk ook aan de prijzen. Als je een fatsoenlijke 964 of 993 aan wil schaffen, begin je niks onder de 50 duizend euro. En dan gaan mensen toch nadenken. Want koop je dan een auto van twintig tot dertig jaar oud, of ga je ook eens kijken naar iets nieuwers? Natuurlijk, de ouderwetse techniek, luchtgekoeld, het is allemaal prachtig, maar heel veel mensen willen onder de streep toch wat meer comfort. Ze willen ABS, een navigatiesysteem, of domweg wat meer ruimte in de auto, wat de 996 en 997 bieden. En als mensen eenmaal zo beginnen te denken, valt de keus dan op een 964 met twee ton op de klok die 50 tot 55 duizend euro kost, of ga je voor dat geld toch kijken naar die 997 Carrera 4S waar we net naast stonden?”

Poster
Wie de 996 meeneemt in zijn overwegingen, kan zelfs omzien naar de bijzondere modellen. “Dan kun je al aan een Turbo beginnen te denken,” aldus de Achterveldse specialist. “Dat is toch even een ander verhaal dan de luchtgekoelde modellen voor dit geld. Dan heb je het over een 993 met twee ton op de teller, die dan misschien ook nog een Tiptronic heeft — die is iets minder gewild dan de handbak. De 964 is ook 50 duizend-plus-territorium, hoewel de prijzen van die auto’s wel onder druk staan; als je ze voor 60, 70, 80 aanbiedt, dan verkoop je ze echt niet meer. Je ziet dat die hele hype in het luchtgekoelde segment wel voorbij is — dat heb ik in 2016 al eens in jullie blad aangegeven. Daarnaast speelt ook dat het publiek jonger wordt. Er zijn best jongens van 30, 35 die hun eerste geld hebben gespaard en een Porsche willen kopen. Die hebben gewoon minder met de luchtgekoelde modellen, die hebben niet dat sentiment met die modellen, ook omdat ze een poster van een 996 boven hun bed hadden hangen.”
Eigenlijk is het ook een beetje onzinnig, opperen we, die fascinatie met de koeling. Bij iedere andere auto in de wereld maak je je druk over het weggedrag, de besturing, de zitpositie en de motor, maar alleen bij een Porsche vraag je je af hoe de motor gekoeld wordt. “Het gaat natuurlijk niet alleen om de techniek van het koelen, het gaat ook om het geluid en de beleving. Hoe je het ook wendt of keert, dat geluid en die beleving zijn toch anders, en voor veel mensen béter dan bij de nieuwere modellen. Maar er zijn toch steeds meer mensen die bij een luchtgekoelde de kanttekening maken dat je een hoop herrie hebt en met hoge onderhoudskosten te maken krijgt. En als mensen dat zelf niet vinden, dan klaagt hun partner daar wel over. Bij mij komen vaak mannen die al lang van een Porsche dromen, maar ze nemen ook hun vrouw mee. En die vrouwen die vragen dan dingen als: Wat moet ik in zo’n oud ding? Moet ik daarmee naar Frankrijk? Het is allemaal hobbeldebobbel en spartaans, er zit niet eens airco in! Als je dan een 996 of 997 laat zien, die nieuwer, luxer en comfortabeler is, dan wordt het een heel ander verhaal.” 

Compromis
Wolbert hoeft niet eens ver van huis te zoeken voor een voorbeeld, vertelt hij. “Heel veel mensen kopen toch samen een auto, met de familie, en dat mag ook. In mijn geval is het niet anders. Mijn favoriete Porsche is de 964 RS, maar ik doe mijn vrouw absoluut geen plezier als we daarmee op vakantie gaan, terwijl ze het hartstikke leuk vindt als we diezelfde trip maken met een 997 of 991.” Toch voelt dat niet als een pijnlijk compromis, voegt hij er direct aan toe. “Natuurlijk is het wel een beetje een compromis — in ieder geval voor mij — om dan de 964 te laten staan en met een 997 te gaan. Maar het punt als je sámen ergens heen gaat, is ook dat je het allebei leuk moet vinden, en het is ook weer niet zo dat ik met een Prius of een Taycan op pad moet; we rijden nog steeds in een 911, toch wel dé Porsche. En als ik heel eerlijk ben, dan zijn er eigenlijk wel meer 911’s die net zo fantastisch zijn als de 964 RS. Ik heb momenteel een 997 GT3 RS staan, die een stuk goedkoper is dan een 964 RS. Als ik daarmee rijd, denk ik: ja, dat rijdt toch eigenlijk ook wel heel goed, en dan heb je wel navi, fatsoenlijke stoelen, een airco die het doet en bovendien 415 pk in plaats van de 260 van de 964. De keuze voor een 964 is dan wellicht toch niet zo logisch meer. Als je me vraagt welke Porsche ik mee zou nemen voor een rit naar de Alpen? Die 997. In mijn geval niet omdat ik te jong ben voor de luchtgekoelde Porsches, maar juist het tegenovergestelde: je wordt wat ouder, je krijgt andere behoeftes.” 

Horrorverhalen
Als je het voorgaande allemaal weegt, zou je dan eigenlijk kunnen zeggen dat de luchtgekoelde hype gestoeld is op conservatief gedoe, op Porsche-liefhebbers die nu pas beginnen te wennen aan de 996 en 997? “Misschien wel. Nogmaals, het heeft ook met leeftijd te maken, maar toch ook wel met voortschrijdend inzicht, namelijk dat een 996 en 997 toch wel heel goede auto’s zijn. In het begin werd er nog wel wat lacherig gedaan over de 996, want die zou niet mooi zijn, maar er zijn er toch veel van verkocht. Inmiddels is het een youngtimer en best een gewilde auto voor heel veel mensen.” 
En de beruchte lagerschade bij de watergekoelde modellen dan? “Over iedere Porsche heb je door de jaren heen horrorverhalen kunnen horen. In de jaren zeventig moest je natuurlijk vooral geen 2.7 kopen, want die gingen allemaal stuk — en ondertussen rijden ze nu nog allemaal rond. De 3.2’s waren heel goede motoren, maar de 964? Daar mankeerde van alles aan, van lekkages tot koppelingen en weet ik wat. Die problemen met auto’s zijn van alle tijden, zeker als ze niet goed onderhouden zijn. Je kunt niet zeggen dat een 996 of 997 geen goede auto’s zijn, want het gros blijft heel — misschien wel 95 procent. Tegelijkertijd kan ik je verhalen vertellen over de 964, over de tientallen motoren die er begin jaren negentig werden gewisseld bij Pon. Maar toen kreeg je er geen wildwestverhalen over op internet, en nu wel. Maar als er één auto duur is in onderhoud, dan is het de 964.” 

Icoon
Inmiddels hebben we allerlei 911’s besproken, maar de andere modellen van Porsche nagenoeg niet. “Natuurlijk is een Cayman of Boxster ook een fantastische auto, misschien wel beter dan een 911. In zekere zin krijg je ook meer waar voor je geld. Als je daar 50 duizend euro aan uitgeeft, heb je een auto met de techniek van de 991 voor de prijs van een 997. Tegelijkertijd hebben ze één levensgroot nadeel: het is geen 911. Dat is een icoon waar niets tegenop kan. Dat merk je ook in de afschrijving, want de waardes zijn niet zo stabiel als bij een 911. Dat geldt ook voor een 928. Die waren op een gegeven moment weinig waard, toen werden ze vooral gekocht door mensen die het net konden betalen en geen geld voor het peperdure onderhoud hadden. Maar ook al koop je een verschrikkelijk mooi exemplaar met voor tienduizenden euro’s aan facturen erbij, je weet bijna zeker dat er morgen wéér wat kapot is. Dat is een van de redenen waarom ik er geen handel in zie. Eigenlijk is de 968 Club Sport de enige uitzondering, als je er tenminste een met het M030-pakket hebt. Dan moet je nog steeds bereid zijn om op verjaardagen uit te leggen waarom je geen 911 hebt, maar je hebt in ieder geval een van de fijnste Porsches die er bestaan.”
Dat brengt ons bij de afsluitende vraag: wat zou Wolbert zelf eigenlijk kopen als hij één Porsche moest aanschaffen voor 50 duizend euro? “Misschien een 997 Carrera S handbak met niet teveel kilometers. Dan heb je heel veel waar voor je geld. Maar waarschijnlijker is dat ik door zou sparen voor een auto die je nog net níet hebt voor 50 duizend euro, maar wel voor minder dan 60: de 996 GT3. Maar ja, dan kun je eigenlijk de discussie weer van voor af aan beginnen. Want als je vrouw niet mee wil rijden in een luchtgekoelde 911, dan vindt ze een GT3 waarschijnlijk ook een stuiterbak…”  
www.puurpm.nl